Minister Loek Hermans van Onderwijs verstrekt veertig miljoen gulden aan scholen en bedrijven om vijftien zogenoemde technocentra op te richten. Deze samenwerking tussen onderwijs en bedrijfsleven moet er onder andere voor zorgen dat er meer technische kennis aan scholieren in het beroepsonderwijs wordt verstrekt.
Ook acht Hermans het mogelijk dat scholen hun leerlingen volgens afspraken met bedrijven praktijkervaring op laat doen op computers die de onderwijsinstellingen zelf niet kunnen aanschaffen. Het technisch onderwijs moet middels de technocentra beter in lijn raken met de arbeidsmarkt. Hermans wil langs deze weg het huidige tekort aan goed geschoolde technici in Nederland aanpakken.
In totaal komen er vijftien technocentra, die vóór november dit jaar hun plannen moeten indienen bij de onderwijsminister. Hij beslist daarop of de centra in aanmerking komen voor de subsidie van 2,6 miljoen gulden per instelling.
In de plannen van Hermans is ook een extra bedrag van 160 miljoen gulden gereserveerd voor de voortzetting van dit initiatief na 2003. Technocentra die dan verdere subsidie willen ontvangen, moeten eerst aantonen dat zij succes boeken. Het eerste technocentrum dat zich heeft aangemeld, bevindt zich in Ede en richt zich op bij- en nascholing in die regio.
De oorspronkelijke plannen voor deze technocentra stammen nog uit de bewindsperiode van voormalig onderwijsminister Jo Ritzen. Toen was er nog sprake van een bedrag van zeshonderd miljoen gulden. Paars II heeft dit teruggebracht tot tweehonderd miljoen.