De oplevering van het nieuwe computersysteem van het Waterleidingbedrijf Midden-Nederland (WMN) kampt met een forse vertraging. Daardoor kunnen het nutsbedrijf en het Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden al vanaf januari geen nota’s meer uitsturen.
Het Waterleidingbedrijf Midden-Nederland besloot ruim twee jaar geleden tot de bouw van een nieuw verbruikersinformatiesysteem (VIS). Volgens Ton van den Boomgaard, hoofd informatisering, was de bestaande AS/400-toepassing in de loop der jaren "spaghetti" geworden. Toen ook nog bleek dat het WMN dit systeem in 1999 nog volop moest testen op millenniumhoudbaarheid, besloot de directie het oude VIS uit de lucht te halen. Zijn opvolger bleek echter op 1 januari van dit jaar niet klaar te zijn.
Meeliften
Koos Gerritsen, lid van het managementteam WMN, noemt als hoofdoorzaken de complexiteit van de conversie, waarbij zo’n 50 miljoen gegevens moeten worden overgezet, en de moeizaam tot stand gekomen koppeling met de Gemeenschappelijke Basis Administratie (GBA). Deze is noodzakelijk om het zogeheten meeliften mogelijk te maken, waarbij het WMN voor het Hoogheemraadschap en een paar kleine gemeentes de waterschapslasten en rioolrechten int.
Er moeten nog een paar kleinere conversies plaatsvinden, alsmede de integratietest. Gerritsen: "Eind mei moet het nieuwe systeem klaar zijn en moeten de nota’s hoe dan ook de deur uit. Anders krijgen we natte voeten." Het waterschap De Stichtse Rijnlanden laat in een reactie weten dat 1 juni de uiterste deadline is, omdat anders aan een schadeloosstelling niet te ontkomen valt.
Conversieslag
Voor de ontwikkeling van de nieuwe AS/400-applicatie besloot WMN samen te werken met – als ontwikkelaar -het Computercentrum Waterleidingbedrijven (CCW) uit Zwolle en de twee collega-bedrijven Waterleiding Maatschappij Overijssel en Duinwaterbedrijf Zuid-Holland. Later zijn daar het Waterbedrijf Gelderland, de Waterleidingmaatschappij Drenthe en de Flevolandse Drinkwater Maatschappij bijgekomen. Volgens Gerritsen hebben de vele discussies in de ontwerpfase niet voor de vertraging gezorgd. Ieder nutsbedrijf heeft zijn eigen VIS-2 in gebruik, waarbij de basis (zo’n 80 procent van het systeem) dezelfde is, maar het resterende gedeelte maatwerk. De vijf andere waterbedrijven maken al gebruik van VIS-2. Zij ondervonden minder last van de conversieslag, omdat CCW hun oude systeem ook al had gebouwd.
De problemen bij het WMN zijn typerend voor de huidige automatiseringsvraagstukken in de nutssector. De energietak en in mindere mate de waterwereld groeien naar een steeds vrijere markt toe. De al jaren draaiende automatiseringssystemen zijn niet toegerust op de toenemende grootschaligheid door de vele fusies en de roep om relatiebeheer. Bij gebrek aan standaardoplossingen zoeken veel nutsbedrijven ter vervanging naar alternatieven. Dat leidt niet altijd tot de gewenste resultaten.