Veel uitgevers verkijken zich op het schrijven van educatieve software. Het is erg lastig om software te maken die studenten werkelijk leert te analyseren en interpreteren.Dit zegt prof. Steve Molyneux, hoofd onderzoek van het Interactieve Communicatie Onderzoekscentrum van de Universiteit Wolverhampton.
Hij deed zijn uitspraken op een seminar van de Hogeschool Holland in Diemen. Veel multimedia-courseware voldoet niet, was zijn conclusie. Molyneux noemt het een tragedie als educatieve software er niet in slaagt studenten te helpen vaardigheden te ontwikkelen in het interpreteren van informatie afkomstig van massamedia en andere bronnen.
Molyneux: "Dat zou tragisch zijn, niet alleen omdat het scholen dan niet lukt de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren, maar ook omdat het in het tijdperk van informatie-overvloed aankomt op het vermogen om kritisch te lezen, te interpreteren en te analyseren."
Veel multimedia-uitgaven zijn volgens de Britse hoogleraar te idealistisch opgezet. De makers hebben vaak te veel een televisie-mentaliteit, waarbij complexe problemen wel heel erg worden vereenvoudigd. Volgens Molyneux bezwijkt men gemakkelijk voor de verleiding van multimedia een show te willen maken. Dit gaat ten koste van de diepgang. Analyse en begrip ontbreken dan. En daar komt het bij het leren juist op aan.
Ruwe informatie gedevalueerd
Molyneux is er niet van overtuigd dat computers scholieren goed leren onderscheid te maken, nu de ruwe informatie gedevalueerd wordt door een stroom aan feiten. De Britse hoogleraar onderstreepte de fundamentele verschillen tussen naslagwerken en educatieve softwaretitels. Misschien wel het belangrijkste onderscheid is dat naslagwerken op CD-Rom veel gemakkelijker zijn te maken omdat de interface niet zo moeilijk is. Woordenboeken, encyclopedieën en vergelijkbare werken bestaan reeds eeuwen. Ook indexsystemen zijn er al lang. Lesgeven is echter heel wat meer dan het pompen van informatie uit een naslagwerk in een student, aldus de hoogleraar.