De Amsterdamse Effectenbeurs werd wederom getroffen door een technologie-depressie. De AEX sloot ruim 2 procent lager op 665,94 punten.
Onder andere kabelaar UPC leverde in een dag tijd bijna een kwart van zijn beurswaarde in. Over de reden van de spectaculaire terugval van het aandeel UPC zijn analisten het niet volledig met elkaar eens, maar zeker is wel dat het kabelbedrijf er financieel niet rooskleurig voorstaat. Uit de laatste kwartaalcijfers komt een verlies naar voren van een half miljard euro. Het is het gevolg van de peperdure investeringen in de kabelnetwerken, waar verhoudingsgewijs nog te weinig inkomsten tegenover staan. UPC sloot op het Damrak bijna 24 procent lager op 10,65 euro. Ter vergelijking: tegen het einde van het eerste kwartaal van dit jaar noteerde het aandeel nog 83,32 euro.
De verliezen bleven niet beperkt tot UPC alleen, al was er bij dit aandeel sprake van een recordverlies. Ook Philips en Asml – twee toonaangevende techfondsen – moesten flink terug. Asml sloot 6,8 procent lager op 24,05 euro en Philips 8 procent op 38,70 euro. Beide fondsen kampen met de algemene malaise in de technologie- en met name de chipsector, maar voor Philips kwam daar ook nog eens een negatief getinte analyse van Lehman Brothers overheen. Volgens Lehman Brothers zou het elektronicaconcern teveel betaald hebben voor de recente overname van de medische poot van Agilent Technologies. Philips legde 1,7 miljard dollar op tafel voor het bedrijf. Toch noemde Lehman Brothers de overname strategisch gezien een goede zet.
Ook voor KPN was er geen sprake van een vrolijke beursdag. De nieuwe aandelen die het telecomconcern op de markt bracht tegen een koers van 17 euro, sloten uiteindelijk een euro lager op 16 euro. Volgens analisten ligt de verklaring voor de koersdaling in het feit, dat er meer aandelen zijn geplaatst dan was verwacht.
