IBM zet een centrum op waarmee het klantensystemen voor bedrijfsintelligentie biedt op basis van Sequents Numa-q-technologie. Dit heeft de Sequent-moederonderneming gisteren bekend gemaakt.
Dit is de eerste onthulling over de toekomstplannen voor de technologie van de overgenomen fabrikant van zware servers met gekoppelde geheugens. IBM investeert nu dertien miljoen dollar in het nieuwe centrum, dat klanten moet helpen bij het ontwikkelen en testen van omvangrijke applicaties die gegevens uit datapakhuizen analyseren.
Op dit moment zijn er wereldwijd meer dan vijftig datapakhuizen met een omvang van meer dan een terabyte aan opslag op basis van Sequents Numa-q (non-uniform memory architecture). Dit zegt algemeen directeur Ben Barnes van IBM’s divisie voor Global Business Intelligence Solutions. Deze klanten dragen de naam ‘Terabyte Club’.
Het Numa-q Teraplex Integration Center opent tegen het einde van het eerste kwartaal van 2000 de deuren. IBM heeft al teraplex-centra voor zijn andere serverplatformen: RS/6000, AS/400, S/390 en Netfinity. Het nieuwe teraplex-centrum moet het marktaandeel van het overgenomen Numa-q-platform met 40 procent vergroten ten opzichte van dit jaar.
Daarbij wil de leverancier met name de positie van zijn eigen DB2-databank verbeteren. Dat ligt nu in deze markt nog achter op Oracle’s databank. IBM test nu een bèta-versie van DB2 die draait op Numa-q. De uiteindelijke vertaling moet in het eerste kwartaal van volgend jaar gereed zijn.
IBM is nu ook bezig de Numa-q-technologie over te zetten naar zijn andere serverplatformen. De RS/6000 Unix-systemen zijn als eerste aan de beurt en krijgen onder meer een uitgebreide versie van S-coma (simple cache-only memory architecture) die de codenaam LA (local access) ccNuma draagt. Die technologie stelt RS/6000-systemen in een cluster in staat hun hoofdgeheugen te delen.