GRONINGEN – Investeringen in informatietechnologie zijn toegenomen ondanks de prijsdalingen op automatiseringsgebied. Een derde tot de helft van alle investeringen in kapitaalgoederen heeft betrekking op IT. Er komen steeds weer nieuwe, geavanceerde applicaties. Volgens promovendus A.W.V. Breukel betekent dit echter niet dat het benutten van de toegenomen mogelijkheden vanzelfsprekend is.
"Ondernemingen kunnen hun concurrentie-positie versterken door een juiste afstemming van informatietechnologie (IT), strategie en organisatie-structuur", stelt bedrijfskundige Breukel, die eind vorige maand promoveerde aan de Rijksuniversiteit Groningen, in zijn proefschrift ‘Strategic IT, but not by ITself‘. Hij probeerde meer inzicht te krijgen in het benutten van IT en ging na op welke manier organisaties door gebruik te maken van informatietechniek daadwerkelijk beter presteren. Zijn promotie-onderzoek richtte zich met name op de strategische inzet, die moet leiden tot een betere concurrentiepositie.
Om rendement te halen uit de investeringen moeten de mogelijkheden van IT worden benut. Breukel constateert dat dit vaak niet het geval is. Uit onderzoeken blijkt dat er nauwelijks een relatie bestaat tussen de investeringen en de prestaties van de organisatie. Heel wat projecten leveren weinig op. De strategische mogelijkheden van IT worden over de gehele linie kennelijk niet goed benut. Effectief management is nodig om strategisch voordeel te behalen. "Helaas bieden de traditionele methoden voor informatiebeleid en -planning hiervoor geen oplossing."
Theoretisch model
Het gevaar dreigt dat de ondernemingsleiding teleurgesteld raakt over de resultaten van de inzet van IT. Dit kan de bereidheid tot investeren verminderen. Gelet op de enorme bedragen die daarmee gemoeid zijn, is het belangrijk te weten waaraan de tegenvallende resultaten te wijten zijn. Om meer inzicht te hebben in het strategisch gebruik van IT werd een theoretisch model opgesteld. Dit geeft de variabelen aan die succesvol gebruik van IT verklaren.
De onderzoeker ging eerst de invloed na, die IT als variabele heeft op het strategisch succes van organisaties. Uit de literatuur blijkt echter dat IT als afzonderlijke variabele weinig verklaring biedt voor de concurrentiepositie van organisaties. Vervolgens zijn een aantal theoretisch belangrijke variabelen uit de organisatiekunde, namelijk de concurrentiestrategie en de organisatiestructuur, onderzocht op hun effect op de concurrentiepositie. Het resultaat bood wederom onvoldoende verklaring voor het succes van organisaties.
Ten slotte werd het vraagstuk van het strategisch gebruik van IT vanuit meerdere invalshoeken tegelijk benaderd. Het effect en de concurrentiestrategie tezamen werd nagegaan. Hetzelfde gebeurde voor de combinatie van IT en de organisatiestructuur. Ook deze c ombinaties vormden te weinig een verklaringsgrond. De drie variabelen IT, strategie en structuur tezamen bleken wel de concurrentiepositie te beïnvloeden. Het onderzoek van Breukel maakt duidelijk dat vooral een goede afstemming tussen IT, strategie en structuur van groot belang is. Corr.