Intel schakelt het ingebedde digitale serienummer in zijn aanstaande Pentium III-processoren uit. Hiermee komt de chipfabrikant enigszins tegemoet aan protesten van privacygroepen die vrezen voor misbruik van deze beveiligingsmogelijkheid. Gebruikers kunnen het identificatiesignaal echter zelf weer aanzetten.
Oorspronkelijk wilde Intel zijn Pentium III, voorheen bekend als Katmai, leveren met het identificatiesignaal standaard ingeschakeld. Gebruikers kunnen dit uitschakelen, maar dat wordt ongedaan gemaakt zodra het systeem opnieuw start. Deze individuele processornummers zijn aanvankelijk alleen opgenomen in de nieuwe Pentium III-chips. Intel wil dit identificatienummer op termijn ook verwerken in de slanke Celeron-processoren. Vroege leveringen van de Pentium III die al de deur uit zijn, hebben het signaal nu standaard aan staan. De leverancier verspreidt een lapmiddel om dit recht te trekken.
Boycot
Amerikaanse privacy-groepen reageerden fel toen de plannen van Intel naar buiten kwamen. Zij kondigden begin deze week een boycot aan tegen alle producten van het bedrijf. "Zelfs de meest terughoudende privacy-voorstander is hier vierkant op tegen", zegt Jason Catlett, president van technologie-lobbyist Junkbusters Incorporated. Die organisatie heeft de boycot samen met het Electronic Privacy Information Center te Washington opgezet. De organisatie Privacy International steunt dit initiatief.
Intel-woordvoerder Chuck Malloy is verrast door de boycot-plannen. Hij zegt dat Intel al weken gesprekken voert over deze beveiligingstechnologie met Junkbusters. Het bedrijf zou afgelopen donderdag nog bijeenkomen met zowel de groep van Catlett als het privacy-informatiecentrum. De bezorgdheid over privacyschending is inmiddels al verspreidt tot in het Amerikaanse Congres. Afgevaardigde Edward Markey maakt zich openlijk zorgen over het belang van elektronische commercie versus consumentenprivacy.
Afdwingen
Algemeen directeur Pat Gelsinger van Intels desktop-divisie benadrukt dat het bedrijf terughoudendheid zal betrachten wat betreft het privacy-aspect van deze toepassing. "Wij zullen geen databank bijhouden van de nummers en we zullen ze dus ook niet ‘volgen’. Bovendien gebruiken we dit ook niet om het illegaal overklokken van processoren en chipdiefstal te bestrijden. Dit is gewoon iets waar onze klanten, zowel applicatie-ontwikkelaars als PC-fabrikanten, al jaren om vragen."
Privacy-voorstanders voorzien echter dat softwarebedrijven en commerciële sites gebruik van het identificatienummer min of meer zullen afdwingen. Hierbij valt te denken aan het koppelen van softwarelicenties aan het serienummer om illegaal kopiëren te bestrijden en aan ‘verplichte’ digitale identificatie voor toegang tot een handelssite. Het standaard uitschakelen van het signaal is dus niet afdoende, zo redeneren de protesteerders. Zij eisen dat Intel de technologie geheel moet verwijderen uit zijn processoren.
Nummergenerator
De nu omstreden processorleverancier werkt ook op andere fronten aan beveiliging van online-handel. Zo rust het bedrijf zijn chips uit met een hardware-matige nummergenerator. De processoren kunnen dan ‘random’ getallen aanmaken voor sterkere encryptiemogelijkheden. De fabrikant ontkent eerdere berichten dat het een daadwerkelijke encryptiechip ontwikkelt. De nummergenerator werkt namelijk samen met een groot aantal reeds beschikbare encryptie-applicaties. Hierbij levert de generator een lukrake reeks getallen voor het software-matig coderen van versleutelingsalgoritmes.
Intel-concurrenten Advanced Micro Devices (AMD) en National Semiconductor (Natsemi) koesteren elk ook plannen om hun processoren te voorzien van een digitaal identificatiesignaal. Terwijl de eerstgenoemde chipproducent door alle ophef wat terugkrabbelt, neigt Natsemi toch naar het voorbeeld van Intel. "We ronden onze plannen nu af, maar het is nog niet allemaal vastgelegd", houdt Natsemi-woordvoerster Stephanie Foster nog een slag om de arm.
Encryptie-versterker
Het digitale serienummer dient als versterking voor bestaande beveiligingstechnieken, zoals wachtwoorden en encryptie. Beleidsdirecteur David Banisar van het Electronic Privacy Information Center meent dat sterke coderingssoftware een betere oplossing is. Daarbij is een bericht of bestand alleen te ontcijferen door de bedoelde ontvanger, waardoor bedrijven en overheden geen dossiers over gebruikers kunnen opbouwen, uitwisselen en verkopen.
"De export van encryptietechnologie ligt echter aan banden door restricties van de Amerikaanse overheid. Intel is dus bang voor de regering", aldus Banisar. De chipfabrikant ontkent dit en benadrukt dat het serienummer niet bedoeld is om encryptie te vervangen. "Maar we moeten wel beveiligingsmogelijkheden scheppen die naar de hele wereld geëxporteerd kunnen worden", aldus woordvoerder Howard High. Ondertussen slaat de regering Clinton een slecht figuur in de lopende onderhandelingen met de Europese Unie over de wederzijds conflicterende wetgeving op dit gebied. De Amerikaanse overheid is voorstander van zelfregulering door het bedrijfsleven.