Microsoft toert de komende maanden langs ontwikkelaars in dertig Amerikaanse steden om onder meer zijn nieuwe modelleringsgereedschap ‘Whitehorse’ te tonen. Dit hulpmiddel wordt in de volgende versie van zijn ontwikkelpakket Visual Studio (codenaam: Whidbey) geïntegreerd.
Whitehorse moet ontwikkelaars helpen betrouwbaardere applicaties te ontwerpen en te bouwen in een korter tijdsbestek. Daarnaast moet het beheerders en
kelaars dichter bij elkaar brengen. Normaal gesproken maken systeemanalisten een blauwdruk van een applicatiestructuur met de bijbehorende vereisten. Deze wordt naar de ontwikkelaars gestuurd die de code schrijven. Na het bouwen en het testen worden de applicaties naar de datacentra van bedrijven gestuurd waar de bedrijfsapplicaties moeten gaan draaien op de reeds aanwezige infrastructuur. Databankbeheerders en netwerkbeheerders onderhouden deze fysieke infrastructuur. Met Whitehorse wil Microsoft het gat dichten tussen de mensen die een applicatie ontwikkelen en degenen die hem moeten implementeren en onderhouden.
Volgens chief architect Scott Hanselman van financieel softwaremaker Corillian moet Whitehorse ontwikkelaars daarnaast helpen om software sneller te bouwen. “De combinatie van de assembleerbenadering van webdiensten en de voorgeschreven stukken code waarin Microsoft voorziet, geven me steeds grotere stukken Lego om mee te spelen.”
Tweerichtingsverkeer
Stephen Forte, Microsoft-directeur voor de regio New York en New Jersey, schrijft in zijn webblog: “Whitehorse voorziet in een geïntegreerd modelgedreven ontwerpgereedschap dat productiviteit en de voorspelbaarheid in ontwerp, ontwikkeling, implementatie en onderhoud van gedistribueerde systemen die webdiensten aanbieden, verhoogt.”
Prashant Sridharan, productmanager bij Microsofts ontwikkeldivisie, zegt tegen online nieuwsdienst Cnet: “De technologie geeft ontwikkelaars een visuele presentatie, een soort blauwdruk, voor de te bouwen software. Dit soort modelleringsgereedschappen zijn niet nieuw, maar tot nu toe werden ze weinig gebruikt door Windows-programmeurs. Met Whitehorse is het mogelijk om diensten op een ‘form’ (template) te slepen, deze te verbinden en er vervolgens protocollen, zoals transacties en beveiliging, aan toe te voegen.”
Het hart van Whitehorse is de ‘System Definition Model’, dat deel uitmaakt van Microsofts ‘Dynamic Systems Initiative’, waaronder ontwikkeling simpeler en geautomatiseerd moet plaatsvinden. Het Dynamic Systems Initiative is Microsofts initiatief voor ict als nutsmiddel.
Volgens Fortes blog is het System Definition Model een gelaagd model dat dient om de structuur van applicatiesystemen, de applicatiehosting-omgeving, het netwerk en besturingssysteem en de hardware voor te stellen. Whitehorse legt zich toe op de bovenste twee lagen van dat model, de applicatielaag en de applicatiehost-laag. De eerste laag maakt het voor de ontwikkelaar mogelijk om de structuur en het gedrag van applicatiesystemen te beschrijven waar het ontwerp kan worden gesynchroniseerd met de code. De applicatiehost-laag laat de ontwikkelaar een model van de applicatiehost beschrijven. “Het klinkt niet veel anders dan UML (Unified Modeling Language), maar Whitehorse is tweerichtingsverkeer”, aldus Forte. “Whitehorse werkt ontwerpdocumenten bij wanneer ontwikkelaars programmeren”, vertelt hij tegen analiste Mary Jo Foley van Microsoft Watch. “En als er een verandering plaatsvindt in het ontwerpdocument, wordt die automatisch doorgevoerd in de code.”
Revolutie of flop
Gezien de omvang en complexiteit van het project heeft Whitehorse, volgens analisten, de potentie om de ontwikkeling van Windows-software radicaal te veranderen, of de geschiedenis in te gaan als de grootste flop ooit. Eerder kwam Microsoft ook al eens met een ‘revolutionaire’ technologie, het objectgeörienteerd ontwikkelen, die maar deels opgepakt werd. De ontwikkelaars zagen het voordeel van deze nieuwe manier van programmeren wel, maar gebruikers en beheerders volgden niet, waardoor de verwachte revolutie uitbleef.
De uitdaging voor Microsoft ligt nu wederom in het overtuigen van specialisten op het gebied van technologie-infrastructuur, zoals netwerkontwerpers en serverbeheerders. Daar is de relatie van het bedrijf met specialisten niet zo goed als die met ontwikkelaars. Programmeurs lijken vooralsnog enthousiast te zijn over de technologie. “Dit is geen inhaalactie”, aldus een ontwikkelaar tegen nieuwsdienst eWeek. “Als dit lukt, wordt het een ‘killer tool’. In de basis vertoont het overeenkomsten met BEA’s Weblogic Workshop, maar dit is omvangrijker.”
Concurrentie
Door de stap op de modelleermarkt wordt Microsoft geconfronteerd met concurrenten als IBM, Borland, Compuware en Computer Associates. Zij hebben de afgelopen twee jaar hun ontwikkelhulpmiddelen flink versterkt met modelleringsmogelijkheden om zo de ontwikkeling te versnellen en een hogere kwaliteit code af te leveren.
Microsoft kon het wat modelleringstools betreft voorheen af met partners Rational en Borland, maar nadat het in 2002 Rational in handen van concurrent IBM zag verdwijnen, werd het genoodzaakt zelf met tools te komen.
Hoewel Whitehorse nog slechts in alfaversie beschikbaar is (in juni wordt de bèta verwacht), zijn de verwachtingen hooggespannen. Het Whitehorse-team heeft ambitieuze plannen. Als dit lukt, verandert Microsoft de manier waarop applicaties worden ontworpen, ontwikkeld en afgeleverd.< BR>