In 2005 communiceert de koelkast met de tv en praten wij in het Engels tegen de pc. Ton Pannekoek van Compaq blikt vooruit.
Automatisering en telecommunicatie zullen onze kantoren, huizen, auto’s en scholen met elkaar verbinden. Dat zal de wereld in de eerste jaren van de komende eeuw veranderen. Het slim gebruikmaken van netwerken is de volgende technische revolutie." Dat is althans de mening van Ton Pannekoek, managing director van Compaq Nederland.
Voorlopig ziet zijn werkkamer er nog traditioneel twintigste-eeuws uit. In de hoek een pc met op het scherm een net binnengekomen e-mail. Een grote tafel voor niet-virtuele ontmoetingen. Het kantoor in Gouda kijkt uit over een toevoerweg naar de A12. Enkele tientallen kilometers verderop liggen de voormalige hoofdkantoren van Tandem en Digital. Na de integratie van deze twee houdt Compaq zich bezig met alle lagen van automatisering, van thuiscomputer tot servers voor financiële transacties bij banken.
De opmars van rekenkracht zal volgens Pannekoek voorlopig nog wel even doorgaan. "Rond 2000 kunnen we duizend Megahertz processors maken, en in 2005 is dat gemeengoed in bedrijven. Voor tekstverwerking is honderd Megahertz meer dan genoeg. Dat is dus geen reden om snellere computers op een kantoor neer te zetten. Maar we zullen de rekenkracht gaan gebruiken voor nieuwe toepassingen, zoals videoconferenties. Dat is trouwens nu al mogelijk met gespecialiseerde apparatuur. Het is een technische uitdaging om spraak en beeld synchroon te houden. De benodigde rekenkracht en snelle communicatielijnen zijn nu nog kostbaar. Maar als ik straks in deze kamer zit, kan ik al mijn directeuren via een scherm zien werken. Als ze dat willen natuurlijk, want ze kunnen zelf de camera uitzetten. En als ik hun naam noem, opent het window zich, en kunnen we met elkaar overleggen. En dat kan wereldwijd. We werken daar nu hard aan."
Zo schildert Pannekoek een bedrijf dat niet meer plaatsgebonden is. "De kwaliteit van internationale samenwerking verbetert, doordat betrokkenen intensiever dan ooit met elkaar kunnen communiceren. Wat voor vorm dat precies krijgt, zullen we moeten afwachten. Maar de grotere bandbreedte die nodig is voor de communicatie en de snellere processoren, zal zonder twijfel beschikbaar komen. De benodigde onderdelen worden nu ontwikkeld bij de grote hardwareleveranciers."
Een pc in je bril
Ook bij het ontsluiten van informatie verwacht Pannekoek belangrijke veranderingen. Hij denkt dat spraakherkenning daarbij een belangrijke rol kan gaan spelen. "Dat staat nog in de kinderschoenen, maar de meest simpele bedieningsmogelijkheid van een apparaat is natuurlijk spraak. Spreken kan iedereen. Met spraak kun je het werk dus vereenvoudigen."
Gesproken commando’s zullen de functie van een muis over kunnen nemen. Een tekstverwerker dicteren zal gemakkelijker worden. "Het betekent ook dat je niet meer achter de computer hoeft te zitten. Zeker als je een bril met speciale glazen op hebt, waarin je een beeldscherm kunt zien. Een productieleider kan dan al pratend tegen zijn computer door de fabriekshal lopen, een creatieve inval kun je even in de kantine inspreken. Het werk wordt minder aan plaats gebonden", aldus Pannekoek.
Zullen we straks allemaal in het Engels tegen onze pc’s moeten praten? Of lopen we telkens twee jaar achter op onze Amerikaanse concurrenten, omdat we op Nederlandstalige versies moeten wachten? Pannekoek denkt dat we in het bedrijfsleven op het Engels zullen overstappen. "De kantoren van de meeste grote bedrijven zijn nu al vrijwel Engelstalig. In Friesland spreken ze ook Nederlands, dus waarom zouden Nederlanders geen Engels gaan spreken?"
Met allerlei nieuwe technieken zal de informatie in een bedrijf ook veel beter toegankelijk zijn, volgens Pannekoek. "Datawarehousing en datamining zijn de belangrijkste technieken in opkomst. Daarbij kan informatie die nu overal verspreid in het bedrijf ligt opgestapeld, ontsloten worden voor iedereen. Je beheert de gegevens zó, dat je er precies uit kunt halen wat je nodig hebt. Daar wordt hard aan gewerkt."
Dit opent volgens hem ook nieuwe mogelijkheden voor relatiebeheer. "Als je bij een bank te rood staat, kun je geen geld van je rekening halen. Terwijl je misschien op een andere plaats in die bank honderdduizenden guldens hebt liggen. Die informatie is niet bekend, dus jij staat je kwaad te maken bij een geldautomaat. Zo verlies je als bank klanten."
Dienstverlening aan klanten zal verbeteren, als er meer informatie beschikbaar is. "Tachtig procent van alle mailings komt in de prullenbak terecht. Als je meer weet over klanten, kun je ze veel gerichter benaderen; je krijgt een hogere respons, je hebt minder kosten, en de klanten raken minder geïrriteerd."
Stroomlijning van de informatie-uitwisseling kan ook op veel andere punten besparing opleveren, meent Pannekoek. In Amerika kosten facturen bij elkaar meer dan driehonderd miljard dollar per jaar. Als je alle rekeningen elektronisch zou versturen en verwerken, kost dat maar vijftig miljard. "We besteden dus honderden miljarden om stukjes papier van de ene kant naar de andere te brengen. Daar worden de mensen niet beter van." Al twintig jaar is er sprake van het papierloze kantoor, maar tot nu toe is het papiergebruik steeds toegenomen bij elke vooruitgang in automatisering. Pannekoek ziet het papier toch uiteindelijk capituleren: "Er is vertrouwen nodig om het papier te verlaten. Je moet weten dat de informatie beschikbaar blijft via het elektronische medium. Bovendien werkt het alleen goed als iedereen meedoet. Als je de helft van de gegevens toch eerst nog moet inscannen, schiet je niet veel op."
Volgens Pannekoek levert stoppen met papiergebruik grote besparingen op. "Nu al heb je via intranetten binnen een concern informatie over de strategie van het bedrijf, over de business units, over producten en over nieuwe ontwikkelingen bij partners. Dat maakt dat we in bedrijven anders met elkaar om zullen gaan. Organisaties worden nog platter en verantwoordelijkheden komen steeds lager in de organisatie te liggen, omdat men overal over alle informatie kan beschikken. Het management is niet meer nodig om informatie te verschaffen. Die grotere zelfstandigheid betekent wel dat je steeds hoger opgeleide mensen nodig hebt. We moeten dus een enorme slag maken in het onderwijs. Maar ja, als je miljarden op je facturen bespaart, kun je dat aan onderwijs besteden."
Iedereen slim
Het onderwijs staan ingrijpende veranderingen te wachten. Pannekoek verwacht vooral grote verschuivingen in gebieden die nu nog achtergesteld zijn. "Door ICT zal namelijk het beste onderwijs voor iedereen beschikbaar komen. Via videoconferencing kun je toegang krijgen tot de beste professoren ter wereld. Je hoeft dus niet meer met een paar honderd mensen in een collegezaal te zitten om met een kater van de vorige avond naar het gebrabbel van een tweederangs wetenschapper te luisteren. Nee, je krijgt het beste hoorcollege dat bestaat, op een moment dat het jou uitkomt. Dat geldt niet alleen voor Nederlanders, maar ook voor studenten op het Pakistaanse of Afrikaanse platteland. Voor weinig geld stel je iedereen een satelliet ter beschikking. Dat betekent dus dat kennis niet meer gelimiteerd is tot de hoogopgeleide westerse bevolking. In het begin van de volgende eeuw zul je daardoor wereldwijd een grote aanwas van goedopgeleide intelligente mensen krijgen. Dat betekent dat mensen nieuw perspectief krijgen op de plek waar ze wonen. Dan hoeven ze ook niet hierheen te komen."
Pannekoek gelooft niet dat een dergelijke internationale uitwisseling van informatie valt tegen te houden. "Kennis zal zich verspreiden. Zelfs als overheden ontvangers verbieden of exportbeperkingen opwerpen, dan nog zal iedereen kunnen communiceren. Half Nederland had in de Tweede Wereldoorlog een radio, al was dat verboden. Je kunt mensen geen informatie onthouden."
De universele beschikbaarheid van informatie zal ook de huiskamers ingrijpend veranderen. "In de meterkast moet een thuiscomputer komen. Gewoon een schakeling, die daar zit vastgeschroefd. Van daaruit loopt de communicatie met apparaten in huis. Dat kan via de kabels voor telefoon, elektriciteit of via een aparte leiding. Daar wordt nu nog over gedubd. Maar hoe dan ook, er loopt een verbinding naar een flat screen, die als tv dient. Die kun je gewoon aan de wand hangen. Via de meterkast zijn ook de telefoons en de pc aangesloten. Het is de plek waar de wereld binnenkomt. Op die manier zal een groot deel van de bevolking aangesloten zijn op internet. Nu al zie je een grote groei in pc-verkoop onder senioren. Oma geeft rustig drieduizend gulden uit om met haar kleinkinderen te kunnen e-mailen. Die kleinkinderen hebben straks in de kinderkamer een multimedia-aansluiting, driedimensionale brillen, joysticks, flightsimulators, ruimtelijke spelletjes."
Pannekoek ziet nog veel meer veranderingen in en om het huis: "In de keuken komen ook van die Internetaansluitingen, de apparatuur is uitgerust met computersturing. Als straks de stroommarkt geliberaliseerd is, kan de wasmachine zelf regelen of die de goedkope atoomstroom in daluren koopt uit Frankrijk, of dat de wasbeurt uitgesteld wordt tot een flinke bries, zodat de naburige windmolen eco-stroom kan leveren. En als je ziek bent, verschijnt de arts op het beeldscherm: met veertig graden koorts hoef je niet naar het spreekuur."
Straks kun je vanuit de auto op een kilometer van je huis via spraakherkenning het beveiligingssysteem uitzetten, denkt Pannekoek. "En op het moment dat je aan komt rijden, gaat de poort open. Op dezelfde manier wordt de maaltijd bestuurd: je roept ‘Zet de oven aan!’ en de kip begint rond te draaien."
Telewerken
Er zal ook meer thuis worden gewerkt, voorziet Pannekoek. Dat beperkt zich niet tot studeren. "Steeds meer mensen zullen gaan telewerken. Tien jaar geleden begon iedereen daarover te praten, maar het is toen nooit van de grond gekomen. Mensen zijn sociale dieren, dus die willen niet alleen thuis zitten. Maar je hoeft natuurlijk niet per se vijf dagen in de week thuis te werken, zoals toen werd bepleit."
Ook was de juiste technologie er tien jaar geleden nog niet, aldus Pannekoek. "Maar als ik nu thuis achter mijn pc zit, heb ik dezelfde informatie beschikbaar als op mijn kantoor. En ik kan via mijn pc zelfs telefoneren. Je ziet dan ook dat het telewerken de laatste jaren flink groeit."
Pannekoek ziet dit als belangrijk middel om de files te bestrijden. "ICT kan een doorslaggevende rol spelen bij het beter benutten van de capaciteit op onze wegen. Ook doen bedrijven vaak moeilijk over de kosten. Ze geven mensen wel een lease-auto van vijftigduizend gulden, maar tienduizend gulden voor een werkplek thuis kan er niet af. Elke vrachtwagenchauffeur rijdt op een truck die vierhonderdduizend gulden heeft gekost, maar bij kantooremployees willen we het laatste tientje uit zijn pc slopen. Dat slaat nergens op. Het gaat niet om wat het kost, maar om wat het opbrengt."
Er zijn nog grote mogelijkheden om met ICT tot besparingen te komen. "In de IT wordt nog veel te weinig geïnvesteerd. Grote bedrijven gaan hun automatiseringsbudgetten dramatisch verhogen in de komende tijd. De telecomindustrie zal tientallen miljarden uitgeven aan kabels die ons de benodigde bandbreedte moeten geven. ICT is bepalend voor hoe een bedrijf werkt. Bedrijven die dat gezien hebben, gaan hun budgetten dramatisch verhogen. Op korte termijn betekent dat een besparing op mensen, maar we hebben zoveel mensen nodig op andere terreinen."
De ICT gaat een gouden eeuw tegemoet.