Hevige stress en muisarmen voorkom je niet door gebruik te maken van virtual reality-technieken. En een volledige werkweek in een VR-helm met handschoen lijkt me inspannender dan dezelfde tijd achter toetsenbord en muis. Er zijn wel andere manieren te bedenken om RSI te voorkomen, schrijft Joost van der Plas in reactie op de ideeën van Coen Stuurman van Roccade.
In zijn fantasie projecteert Stuurman in het artikel ‘Muisarm te lijf met derde dimensie’ (Computable, 29 september) de driedimensionale Virtual Reality-techniek (VR) op de kantooromgeving, en ik zie dat in de serieuze praktijk niet gebeuren. De door hem aangehaalde bestaande voorbeelden (spelletjes, CAD, vluchtsimulator) zijn wél zinvolle toepassingen, omdat daar steeds sprake is van één applicatie, waarbij manipulatie van de driedimensionale wereld juist het doel is. Ongetwijfeld bestaat er een gigantische markt voor 3D-toepassingen in de spelletjes- en erotische branche.
Maar wat voegt het in de virtuele ruimte laten zweven van documenten, hyperlinks, en het browsen via een ronddraaiende kubus toe aan efficiëntie in de dagelijkse kantoorpraktijk. Waar de rommel zich nu nog beperkt tot het bureaublad, zullen we er dan in dreigen te verdrinken. Enkele grote platte beeldschermen geven naar mijn idee een overzichtelijker beeld van de onderhanden documenten.
Net zoals het (behalve om marketing-redenen) onzinnig is een organizer-programma het uiterlijk te geven van een agenda-met-ringmechaniek, is het presenteren van een office-suite in de vorm van een VR-kantoor (met rondslingerende papieren, prullenbak, whiteboard, telefoon) wel vermakelijk, maar niet serieus (denk aan de flop van Microsofts Bob).
Bovendien laat de techniek van 3D-helmen en data-handschoenen, in tegenstelling tot wat Stuurman suggereert, dit nog lang niet toe. Iedereen met wat VR-ervaring en een kritische kijk zal moeten toegeven dat het realistisch representeren van een in de reële wereld eenvoudige handeling als het vluchtig doorbladeren van een papieren rapport, in een VR-wereld immens hoge eisen stelt aan de resolutie en de snelheid van de mens-computer interface. Natuurlijk, de techniek zal de komende jaren verbeteren, en de rekenkracht verveelvoudigen. Het echte probleem zal echter de complexiteit van de benodigde software zijn. Als ik zie hoe moeilijk het voor softwareproducenten vandaag de dag nog is een tweedimensionale Windows-PC met wat kantoor- en Internet-applicaties in de lucht te houden, dan verwacht ik de komende decennia onvoldoende ‘rocket science’-capaciteit om een VR-kantoor zoals Stuurman dat schetst te kunnen realiseren.
3D-muisarm
Een oplossing voor het muisarm-probleem is het evenmin. Een volledige werkweek in een VR-helm met handschoen lijkt me inspannender dan dezelfde tijd achter toetsenbord en muis.
Reken maar dat toekomstige generaties zullen lachen om onze VR-technieken. Zij zullen door middel van een in de hersenpan geïmplanteerde transceiver draadloos communiceren met hun computer-netwerk. Na de teloorgang van het handschrift zal ook het lezen of typen van lettertekens en het omslaan van bladzijden dan behoren tot de oude ambachten, getoond op braderieën; het vroegere lezen van een boek zal tegen die tijd de vorm hebben gekregen van een download van een aantal impressie- en kennis-structuren in een fractie van een seconde.
Weer terug met beide benen op de grond ben ik van mening dat RSI-klachten bij veel computergebruikers een psychische oorzaak hebben of het gevolg zijn van een verkeerde werkwijze, die uitmondt in een krampachtige houding. Echte verbeteringen zijn dan ook te bereiken door:
1. Als softwareproducent bij de tweejaarlijkse software-update meer aandacht te geven aan betrouwbaarheid (verminderen van het aantal vastlopers en crashes) dan aan het toevoegen van nog meer features en alweer een nieuwe ‘look-and-feel’.
2. Het trainen van gebruikers in efficiënt gebruik van hun programmatuur: hoe bereik je met de juiste document-sjablonen en macro’s in enkele toetsaanslagen hetzelfde als met talloze muisbewegingen en breng je het repetitieve werk terug tot een minimum. Voor deze training en gewenning dient (zeker bij ingebruikname van nieuwe programmatuur) voldoende tijd te worden uitgetrokken, met aandacht voor de individuele gebruiker. Dit zie ik zelden gebeuren. Maar al te vaak wordt een organisatie gedwongen van de ene op de andere dag op nieuwe programmatuur over te stappen, en veroorzaakt dit hevige stress bij de medewerkers die daar helemaal niet om gevraagd hebben, en alleen maar proberen hun werk af te krijgen.
Maar VR zal zeker in de vrije tijd een ontspannende functie hebben, en daarmee een positief effect op het RSI-probleem.
Joost van der Plas,
software architect,
Musigma Automatisering