Pamela Lopker, president en voorzitter van de raad van commissarissen van erp-leverancier QAD (enterprise resource planning), is uitgesproken in haar oordeel. “Consolidaties als die tussen Oracle en Peoplesoft/JD Edwards zijn niet goed voor de klanten. Die krijgen er niet veel toegevoegde waarde voor terug. Maar je hebt gelijk: de shortlists worden er wel korter door, en de mogelijkheden voor QAD groeien.”
Microsoft en Oracle QAD-topvrouw Pamela Lopker verwacht dat Great Plains en Navision, de Amerikaanse en Europese erp-poten van Microsoft Business Systems, pas zullen samenkomen na de lancering van Longhorn. “Ze zullen daarvoor een nieuw product schrijven, van nul af aan”, verwacht de QAD-president. Oracle Fusion omschrijft Lopker als “Oracle 11i met enhancements.” Ze weet te melden dat productmanagers van Peoplesoft en JD Edwards thans aan het bepalen zijn welke functionaliteit uit hun oude producten als ‘enhancement’ aan 11i zal worden toegevoegd. |
Omzetstijging blijft uit
Over winst gesproken: omzetwinst zat er ook niet echt in. Peoplesoft had volgens Lopker voor de overname een omzet van rond de twee miljard dollar, en JD Edwards kwam tot één miljard. “Je zou dus een geconsolideerde omzet voor het nieuwe Peoplesoft verwachten van een beetje meer dan drie miljard; zo tussen de drie en vier.” De teller is volgens Lopker echter blijven steken bij 2,3 miljard.
Het zou haar niet verbazen als iets dergelijks zich thans zou herhalen. Oracle zet aan applicaties ongeveer twee miljard dollar om. Opgeteld bij de 2,3 miljard van Peoplesoft zou de omzet richting vijf miljard moeten kunnen groeien. “Als ze na een jaar of zo ruim drie miljard omzet overhouden, hebben ze geluk gehad.”
Voor QAD was de ontwikkeling niet slecht, maar Lopker loopt niet over van enthousiasme voor de mogelijkheden. Dat heeft te maken met timing; pas over 1,5 tot twee jaar begint QAD er echt iets van te merken. “Het eerste wat een teleurgestelde klant doet is stoppen met softwareonderhoud. Hij begint pas na één tot drie jaar gebruik eens om zich heen te kijken.”
Aarzelende klanten
Vervolgens spelen drie factoren een rol, aldus Lopker. “Software aanschaffen plaatst aanbieder en koper in een lange termijnrelatie, een beetje vergelijkbaar met de aanschaf van
Rfid vervangt barcode QAD-bestuurder Pamela Lopker is tamelijk laconiek over de datastroom die rfid (radio frequency identification) gaat uitstorten over databases en erp-systemen. “Alle databaseleveranciers zijn ermee bezig: Progress, Oracle, noem maar op. Goed nieuws voor ons is dat er weliswaar veel gescand wordt, maar niet alle data daarvan in databases terechtkomen. In onze ogen is rfid dan ook weinig meer dan de opvolger van de barcode. En ’tracking & tracing’ deden we al lang voor de komst van rfid.” Walmarkt is in de ogen van QAD de grote stimulator van het gebruik van rfid-chips op pallets en verpakkingsdozen. |
Er is duidelijk sprake van een kopersmarkt; klanten zijn bijzonder aarzelend met het kopen van software. Volgens Lopker heeft dat te maken met het feit dat gebruikers voorheen weinig waarde uit hun gekochte software hebben verkregen. Ze spreekt van een “gereserveerde houding bij de klanten; men eist korte implementatietrajecten en een tevoren bewezen roi” (return on investment).
Industrie verhuist
QAD is vooral sterk in erp voor industriële toepassingen. Die industrie verhuist momenteel van West-Europa naar Oost-Europa en Azië, en van de VS naar Mexico en China (componenten). Software verhuist mee met de vertrekkende industrie. Azië en Oost-Europa zijn dan ook de groeimarkten voor QAD. “Software als het financiële systeem, orderinvoer en inkoop blijft op het hoofdkantoor draaien. De productiesoftware volgt de verhuizing van de fabriek zelf.”
Dat alles draait niet langer op één database. Gebruik van hybride systemen met verschillende databases maakt ‘lokalisering’ van de software mogelijk en helpt het probleem van de afstand op te lossen. Transport van fysieke producten van China naar de VS of Europa kost een dag of twintig. De eindassemblage vindt zo dicht mogelijk bij de eindafnemer plaats. De industriële software moet dan zo geconfigureerd zijn dat de klant van die vertraging geen last ondervindt, aldus Lopker.
Geen hybride systeem zal ooit de arbeidsdeling in het gezin Lopker kunnen evenaren. Echtgenoot Karl is ceo van QAD, Pamela is president en voorzitter van de raad van commissarissen. Na de vraag of dat wel eens verschillen van mening geeft en wie er dan aan het langste eind trekt, beginnen Lopker en haar perschef druk te giechelen. “Dan krijgt zij haar zin”, valt uit de lachbui op te tekenen uit de mond van de perschef. Uitgelachen en serieuzer blijken de taken goed verdeeld: “Ik doe de software, Karl doet de budgetten en opent de kantoren.”