Glasvezel kan rekenen op veel succes in datacenter omgevingen, maar het is even duidelijk dat koper niets van zijn aantrekkingskracht verloren heeft. Terwijl vroeger werd beweerd dat glasvezel een vrijwel oneindige bandbreedte over onmeetbare afstanden zou kunnen dragen, blijkt dit in realiteit anders te liggen. Glasvezel kan “slechts” twee tot drie keer langere afstanden overbruggen dan koper. Dat is nog steeds een belangrijk, niet te verwaarlozen voordeel, maar wel één met een prijskaartje.
De kosten van een glasvezelverbinding is gemiddeld 2,5 keer meer dan een gelijkwaardige koperinfrastructuur. Dit komt door duurdere actieve netwerkcomponenten. Om in termen van bandbreedte competitief te blijven, moeten koperen kabels onvermijdelijk dikker en zwaarder worden. Dat neemt meer ruimte in beslag. Vooral bij datacenters is dat een belangrijke factor.
Technologische innovaties, zoals verbeterde gestandaardiseerde kabels en connectoren (RJ45 en GG45) en 10G ethernet ondersteuning, hebben de troeven van koper versterkt. Hierdoor blijft het hèt LAN-medium voor afstanden tot honderd meter.
Vaak blijkt het installeren van koperbekabeling, en vooral het monteren van connectoren, veel gemakkelijker. Maar er zijn ontwikkelingen die maken dat het installeren van glasvezel, bijvoorbeeld via pre-terminated fibre assemblies, aanzienlijk vereenvoudigd is. Bovendien krijgt glasvezel de steun van milieuverdedigers die kijken naar de groene voordelen: de kleinere ecologische voetafdruk en het feit dat het stroomverbruik bij datacenters tot 28 procent kan worden verminderd.
Hoewel glasvezel steeds meer het medium van de toekomst lijkt voor datacenters, hebben beide oplossingen hun eigen plaats in de LAN en SAN-omgeving. Het is aan de gebruiker en de leverancier om op basis van hun specifieke toepassingen, de optimale oplossing voor elke omgeving te kiezen.
Oene-Wim Stallinga, marketing director Nexans Cabling Solutions EMEA