Veel bezwaren tegen open source benadrukken het hobbyistische karakter ervan tegenover de blijkbaar serieuze manier van ontwikkeling van closed source software. Is dat werkelijk het geval en zo ja, is dat een probleem?
Op de website distrowatch staan 670 distributies in de database, waarvan minder dan de helft nog actief is. Veel van deze actieve distributies hebben weinig of geen volgers en de meesten zal geen lang, actief leven beschoren zijn. Een vergelijkbare situatie zien we op websites als freshmeat en sourceforge met talloze open source projecten, die maar enkele releases kennen en vervolgens alleen maar diskruimte in beslag nemen. Het grote aantal 'kansloze' distributies en projecten kan en zal worden opgevat als een teken van hobbyisme. Maar is dat daarmee meteen van toepassing op alle open source software?
Een belangrijke reden van het grote aantal open source projecten is de lage drempel. Infrastructuur zoals website, wiki, versiebeheer, forum en bug tracking zijn vrij beschikbaar en met enkele klikken van de muis te realiseren op bijvoorbeeld sourceforge. Deze lage drempel nodigt nogal wat mensen uit om hun persoonlijke probeersels op internet te publiceren of om een eigen kopie van een project te starten wanneer ze hun zin niet krijgen. Dat leidt ertoe dat ook amateurs software van hobbymatige kwaliteit publiceren. Naar mijn mening diskwalificeert dat niet meteen alle open source ontwikkelaars. Velen van hen zijn professionele ontwikkelaars in dienst van bedrijven. Hen het hobbyisme van anderen verwijten, is nogal kortzichtig en onterecht.
Dan de hobby kwaliteit van open source software. Op veel gebieden hebben open source producten ondertussen hun waarde bewezen en zijn ze minstens even goed als hun closed source tegenhangers. Deze bewezen open source producten bieden kwaliteit en stabiliteit en support is mogelijk. Ook hier is het onterecht om deze producten in de hoek te zetten vanwege de rommel die soms als open source wordt gepubliceerd. Er is ook de nodige slechte closed source software in omloop en dat maakt niet meteen alle closed source software slecht.
Wat zorgt er dan voor dat slechts een deel van de open source software een volwassen status bereikt? Jan van der Torn noemde in een van de vorige opiniestukken terecht het aspect van survival of the fittest, maar dat is niet alles. Ook timing en geluk spelen een rol. Wanneer een project zich als eerste op een bepaald gebied richt en volwassen wordt, zal het lastig worden voor andere projecten om dezelfde status te bereiken. Ieder project zal zich wel moeten blijven ontwikkelen, omdat anders uiteindelijk andere projecten de survival of the fittest zullen winnen.
Tenslotte kan open source software geen succes hebben en houden zonder een goede community. Een geslaagd open source project kan niet gerund worden door individualistische ontwikkelaars die op de spreekwoordelijk regenachtige avonden aan het project werken zonder zich iets van de gebruikers aan te trekken. Een goede community vereist structuur en doorzettingsvermogen. Ook op dit vlak is het onterecht om de goede communities hobbyistisch te noemen vanwege de minder goede.
Bij open source zien we dus een soort speeltuin waarin door velen naar hartenlust gehobbyd kan worden en waarin leidende projecten op een gegeven moment boven komen drijven. Dit gebeurt niet vanzelf en met hobbyisme zal de goede open source software zeker niet slagen. Scheer niet alle open source software over één kam. Kwaliteit, structuur en doorzettingsvermogen zijn voorwaarden voor het succes van goede open source software. En dat is niet anders dan voor goede, closed source software.
Het is natuurlijk door welk brilletje men wil kijken, veel closed software is met een 9-tot-5 mentaliteit geschreven en/of onder bizare tijdsdruk van een commerciele deadline.
Is alle closed source software per definitie onder die voorwaarden geschreven? Nee, er is ook hele goede closed source software op de markt.
Maar ik moet het eens zijn dat ook bij open source software het brede spectrum in kwaliteit aanwezig is.
Het verschil met andere beroepen is, dat men thuis vaak een meer professionele omgeving heeft dan op het werk.
Een metaalbewerker zal bijvoorbeeld thuis niet een professionele draaibank hebben staan, maar een IT-er heeft gemiddeld wel een zwaardere desktop machine thuis staan dan op zijn/haar werk.
Zowel bij open als closed source is het van belang dat je je oriënteert op van wie en welke support je op een product kan krijgen.
Voor een tooltje is Open Source zeker een prima alternatief. Anders wordt het in mijn optiek wanneer het bedrijfskritische applicaties of het OS betreft. Dan zou ik er zelf niet aan moeten denken de bedrijfsvoering te verbinden aan het lot van deze of gene ‘distro’.
De wildgroei aan alternatieve Linux-achtige OS-en is een sprekend voorbeeld van de vleesgeworden anarchie van de Open Source community.
@R.J. Tuijnman: Je bent er van op de hoogte dat het overgrote deel van internet niet meer werkt wanneer je de open source componenten zou verwijderen? (denk aan BIND) En dat bedrijven zoals Google en Apple (bv. OS X, Safari, Android, Chrome) hun kracht halen uit open source? Samen zijn ze goed voor een beurswaarde van zo’n 300 miljard dollar… Geen idee wat jij verstaat onder “bedrijfskritisch”, maar 300 miljard dollar is voor mij toch iets meer dan een fooi. De miljoenen aandeelhouders hebben blijkbaar geen enkel probleem met open source, zien hier geen probleem in.
En wie is er succesvoller: R.J. Tuijnman of Google en Apple?
@Technicus:
Veel closed software is met een 9-tot-5 mentaliteit geschreven….
Jammer genoeg leidt een artikel met het woord ‘Open Source’ er in, per definitie tot generalistische, amper bewijsbare uitspraken. Volgens mij kom je niet ver als je commerciele software met een 9-5 mentaliteit wil schrijven….
R.J. Tuijnman, de meeste closed source is inmiddels ook abandonware geworden. De belangrijkste reden is dat de aansluiting bij de markt verloren is gegaan. Bij de keuze voor software moet je daarom altijd ook kijken naar continuïteit op de middellange termijn.
En wie de toekomst denkt te kunnen voorspellen, die mag de historie bestuderen van Netware, OS/2, LAN-manager, MVP en de meeste andere operating systems.
@R.J. Tuijnman: kijk eens naar de aankondiging van Rackspace en Nasa op de open source topic pagina. Dat is niet zomaar een tooltje. Deze software is zo veelomvattend dat het voor een enkel bedrijf als Rackspace onmogelijk is om afspraken met alle hard- en software leveranciers te maken. Bovendien zouden die zich niet willen binden aan één enkele dienstenleverancier. Rackspace en Nasa delen de investeringen die nodig zijn om deze software te realiseren en profiteren bovendien van anderen die de software gebruiken en eventuele verbeteringen aandragen.
Verder is de wildgroei van Linux distributies aanleiding voor jou om meteen maar alle Linux distributies op de vuilnisbelt te gooien. Zoals ik in het artikel aan aangaf, is het niet terecht om de goede open source software te veroordelen op basis van de minder goede. Veel bedrijven draaien bedrijfskritische applicaties op enkele goede Linux distributies. En wanneer we alle netwerk apparatuur uit zouden zetten waarin Linux gebruikt wordt, dan zal er bar weinig bandbreedte overblijven.
@Kasper: Inderdaad, je begrijpt waarschijnlijk ook wat ik bedoel met “het ligt maar aan welk brilletje je wil opzetten” 🙂
@R.J. Tuijnman ik begrijp waar de paniek vandaan komt. Het lijkt een “wildgroei” en daarom trekt men snel de conclusie dat het beter is daar niet van afhankelijk te zijn.
Dat is precies wat free open source probeert te voorkomen. Zodra je open source draait, weet je gegarandeerd zeker dat het altijd zal blijven draaien. Jij bent namelijk volledig eigenaar het stuk software. Dus van niemand afhankelijk.
Dan nog twee doorsnee voorbeelden van bedrijfskritisch:
het besturingssysteem dat gebruikt wordt in firewalls die bij defensie draaien http://www.genua.de/produkte/rsgate/index.en.html (www.OpenBSD.org)
Het besturingssysteem dat de ultra beveiligde communicatie tussen ambassades regelt: http://www.secunet.com/en/products-services/high-security/sina/sina-box/
(linux distro)
Google kan niet zonder open source. Het hele bedrijf van onder tot boven gebruikt open source. Servers, programmeer talen, firewalls, desktops tegenwoordig, ontwikkel tools, server management, wiki’s pardon kennis management systemen alles is open source gebaseerd bij Google.
Als het echt spannend wordt, dan draait er een (free) open source (achtig) besturingssysteem in. Denk maar na, zou jij een vliegtuig vertrouwen dat op Windows draait?
De opensource cultuur en toegankelijke karakter ervan leidt er toe dat er makkelijk rommel tussen kan zitten. Die rommel moet je kunnen herkennen en niet inzetten in een professionele omgeving 😉